De kledingkast van Maarten de Schutter

Met een kop thee en een kop koffie schuiven we aan de keukentafel bij Maarten (21). Hij vraagt ons lachend of we ook kruidnoten willen, die we ondanks het toepasselijke weer toch vriendelijk afslaan. Maarten heeft nét zijn diploma Journalistiek op zak en geeft ons een kijkje in zijn unieke kledingkast.

ONTWERPEN

Maarten begint een beetje twijfelend te vertellen dat hij zelf kleding ontwerpt. “De eerste keer dat ik een kledingstuk heb gemaakt was in 2017, toen ik bijna al mijn kleding heb weggegeven. Het gevolg daarvan was dat ik amper kleding had. Om die reden ben ik begonnen met ontwerpen in die tijd. Ik draag nu al drie jaar ongeveer dezelfde kleding. Het viel me eigenlijk wel mee hoe lastig het was om zelf kleding te ontwerpen. Ik heb eerst gewoon een beetje rondgevraagd hoe het moet en ontwerpen gemaakt in Paint. Het begon écht heel simpel, met transferpapier van de Hema. Daar heb ik mee geëxperimenteerd en toen ik tevreden was, liet ik het drukken bij een textieldrukker.” Maarten vertelt dat ook anderen zijn ontwerpen dragen: “Op een gegeven moment wilden meer mensen mijn kleding hebben. Kleding is voor mij een manier om mezelf uit te drukken en als je dan andere mensen in ‘jouw’ kleding ziet lopen is dat wel bijzonder. Ik probeer het al twee jaar een beetje onder de radar te houden dat ik kledingstukken ontwerp, want ik maak het niet per se voor anderen.”

Heel veel van mijn kleding is kapot”

WEGGEGEVEN KLEDING

Waarom Maarten zijn kleding heeft weggegeven, blijkt pas later: “Ik wilde geen merkkleding meer dragen. Eerst was ik sowieso al een beetje een hater van ‘rijke-mensen-merken’ zoals Hollister. Dus toen neigde ik meer naar skatemerken zoals Champion en Fila. Op een gegeven moment kwam ik erachter dat ik eigenlijk precies hetzelfde deed als eerst qua consumeren, maar dan binnen een subcultuur. Ik wilde niet meer iets dragen puur omdat dat zo hoort binnen die subcultuur. Dat zorgde ervoor dat ik bijna alles heb weggegeven, behalve de items die persoonlijke waarde hebben.” Maarten vond het totaal niet zonde om zoveel kleding weg te doen. “Ik heb juist het gevoel dat die kleding meer waarde heeft gekregen. Als anderen er meer mee kunnen is dat juist goed. Daarom heb ik veel aan vrienden en aan het Leger des Heils gegeven.”

ALLES KAPOT

Maarten zijn eigen stijlomschrijving doet ons hard lachen: “Als ik het kort zou moeten typeren, zou ik gewoon zeggen, ‘alles kapot’. Echt heel veel van mijn kleding is kapot, doch kleurrijk.” Van die uitspraak is hij zelf het levende bewijs, Maarten is gekleed in een lichtblauwe trui met meerdere gaten erin. “Dat is toch gewoon door iemand bedacht, dat kleding altijd ‘heel’ moet zijn. In broeken kunnen ook gaten zitten, dus waarom niet in truien?” Daar is eigenlijk vrij weinig tegenin te brengen. Wanneer we Maarten vragen nog iets kapots van hem te laten zien, worden we niet teleurgesteld. Hij komt aanzetten met schoenen die je zéker niet op een regenachtige dag wilt dragen. “Mijn vrienden dwingen me ook altijd om nieuwe schoenen te kopen, deze kun je helemaal uit elkaar halen.” Om deze woorden kracht bij te zetten, trekt Maarten bijna de hele zool van een schoen open.
Eén van Maarten zijn favoriete kledingstukken is een broek. “Een vriend van me heeft deze helemaal met de hand geschilderd, hier hecht ik heel veel waarde aan.” Ook de camelkleurige trui van SYRE, een merk van Jaden Smith, die hij omhoog houdt is een favoriet. “Ik wilde deze trui zo ontzettend graag. Ik heb er bijna vier maanden ruzie om gemaakt met de klantenservice, omdat ik een hele tijd na het plaatsen van mijn bestelling niks meer van ze hoorde. Ze leken wel van de aardbodem verdwenen te zijn en het bedrijf reageerde nergens op, maar uiteindelijk is het me gelukt de trui te bemachtigen.”

Tekst: Lizzy-Ann van Dijk, Beeld: Geke Bosch