De Mens Achter Marianne Lamers

Met haar liefde voor en interesse in mensen en culturen maakt Marianne Lamers (40) mooie producties, waaronder veel portretten. Dit is haar eerste jaar als docent aan de HU, een lastige tijd waar ze het beste van maakt. 

DE NIEUWE DOCENT

“Ik ben eigenlijk net zo groen als mijn studenten” begint Marianne. In augustus is ze begonnen met lesgeven. “Ik vind het onderwijzen leuk en wil me hierin graag ontwikkelen. Op dit moment geef ik eerstejaarsstudenten les.” Marianne heeft altijd freelance werk gedaan en doet dat nog steeds. Ze wilde niet in loondienst werken omdat ze ervan houdt haar eigen baas te zijn. Toch krijgt ze in januari haar eerste contract ooit, als docent aan de Hogeschool Utrecht.

Marianne zou graag wat meer constructieve journalistiek willen inbrengen op de HU. “In Amerika wordt het ook wel solutions journalism genoemd. Het is oplossingsgerichte journalistiek: hierbij wordt meer maatschappelijke en historische context in een artikel verwerkt.” Marianne werkt veel met deze vorm van journalistiek. Ze vindt het mooi dat er een extra laag bovenop de ‘traditionele wijze’ van de journalistiek komt. “Je vraagt niet alleen waar, wanneer en waarom, maar ook ‘wat nu?’” Solutions journalism gaat uit van het idee dat de journalistiek net zo goed deel uitmaakt van de samenleving en daar dus ook invloed op heeft. “Het idee van journalistiek als spiegel van de maatschappij is zo achterhaald. Constructieve journalistiek past goed bij mij. Ik ben een beetje een idealist, stiekem een wereldverbeteraar.”

TE KRITISCH

Marianne heeft een achtergrond in de culturele antropologie. “Ik ben heel geïnteresseerd in mensen en verschillende culturen, vandaar de keuze voor Antropologie aan de UvA.” De docent heeft enorm veel gereisd voor en tijdens haar studies. “Op de leeftijd die mijn studenten nu hebben, zat ik in het Midden-Oosten en in Noord- en West-Afrika.” Ze wilde eerst ontwikkelingswerker worden, maar was daar te kritisch voor – werd gezegd. “Ik had gesolliciteerd bij een postdoctorale opleiding, maar daar werd ik niet aangenomen omdat ik mij niet zou kunnen aanpassen als ik het ergens niet mee eens zou zijn.” Marianne lacht. “Dat kan ik wel beamen.” Dankzij een studieloopbaanbegeleider is Marianne uiteindelijk bij het vak journalistiek terechtgekomen. “Ik kwam via via als stagiaire bij Het Parool terecht. Dat is waar ik het vak écht heb geleerd.” Op de redactie van Het Parool ging er een wereld voor haar open. “Ik vond het helemaal te gek! Als journalist mag je alles vragen aan iedereen en bij Het Parool kreeg ik alle ruimte: ik stond vanaf dag twee in de krant met een artikel. De kick die je voelde als je de voorpagina haalde, de enorme tijdsdruk tijdens ochtenddiensten net voor het zakken van de krant: fantastisch!” Na drie maanden stage te hebben gelopen, blijft Marianne als freelancer werken. “Na een half jaar werken voor Het Parool kende ik het trucje van een nieuwsbericht schrijven wel.” Ze wilde zich verder ontwikkelen en besloot een master Journalistiek te volgen. Marianne heeft haar passies kunnen combineren. “Ik heb geschreven over de reizen die ik heb gemaakt en de mensen die ik tijdens die reizen heb ontmoet. Af en toe doe ik communicatiewerk voor ontwikkelingsorganisaties.” 

“Op de leeftijd die mijn studenten nu hebben, zat ik in het Midden-Oosten en in Noord- en West-Afrika”

ONTSPANNING

In haar vrije tijd houdt Marianne zich graag bezig met het bespelen van muziekinstrumenten. Die passie zat er al op jonge leeftijd in. “Ik heb als kind blokfluit gespeeld, wat helemaal niet cool is als je op een gegeven moment tiener wordt”, grapt ze. Na enkele jaren geen instrument bespeeld te hebben, besluit Marianne dat het tijd is om iets nieuws te leren. Nu speelt Marianne in haar vrije tijd graag cello. “Ik speel nu ongeveer zeven jaar cello, met enkele tussenpozen vanwege mijn kinderen.” Marianne heeft een dochtertje van zeven en een zoontje van anderhalf. Haar kinderen vonden het vroeger nog wel eens leuk om haar te storen tijdens het repeteren. Ook doet de docent aan Hot Yoga, een vorm van yoga waar je in een ruimte van veertig graden oefeningen doet. “Het werkt voor mij heel ontspannend! Ik heb meerdere vrienden en ook mijn man eens meegenomen. Zij vonden het tien keer niks”, lacht ze. “Maar ik voel me achteraf altijd helemaal schoon en ontspannen.” Voor nog meer ontspanning, zoekt Marianne graag het theater op. “Totdat ik kinderen kreeg, heb ik zelf altijd toneel gespeeld. Maar van de één op de andere dag vond ik het niet meer interessant om op het podium te staan.” 

WERKEN MET VERTROUWEN

Marianne heeft meerdere (foto)boeken geschreven. “Ik vind het heel gaaf dat je twee jaar in een onderwerp kan duiken en er te gekke stukken over kunt schrijven.” Ze heeft boeken geschreven over heftige onderwerpen zoals bijvoorbeeld kindermishandeling. “Ik werk met vertrouwen. Een interview is voor mij een goed gesprek. Je moet iets van jezelf laten zien. Dan merk je dat mensen zichzelf ook meer blootgeven.” De docent heeft ook een paar boekentips voor deze lastige tijd. Voor de studenten die zich alleen voelen raadt ze De jongen, de mol, de vos en het paard aan, van Charlie Mackesy. “Een prachtig verhaal over vriendschap, liefde en jezelf zijn.” Ook Feitenkennis van Hans Rosling is een aanrader. “Een zelfhulpboek om helder te kunnen denken.”

VEEL BEGRIP

Op de vraag hoe de docent het lesgeven op dit moment ervaart, antwoordt Marianne: “Het is voor mij enorm zoeken in deze tijd. Dat digitaal lesgeven was in het begin echt een ramp, vooral in combinatie met fysiek lesgeven. Dan merkte ik pas na een kwartier dat ik in de andere twee lokalen van mijn klas niet hoorbaar was. Ik voelde me echt een oma af en toe”, lacht ze. “Ik merk nu dat ik meer tijd moet besteden aan gewoon het gesprek aangaan met mijn leerlingen, zoals ik dat ook zou doen als ik fysiek voor de klas zou staan.” Ze kan zich goed voorstellen dat studenten zich in deze tijd compleet verloren voelen. “Ik heb mijn studenten een tijdje geleden de opdracht gegeven om een column te schrijven. Ik schrok van de verdrietige columns die ik terugkreeg. Ik denk dat we de impact van deze tijd op jongeren niet moeten onderschatten. Er zou meer georganiseerd moeten worden, waardoor jongeren elkaar toch kunnen ontmoeten. Nu digitaal, maar uiteindelijk het liefst natuurlijk gewoon fysiek.” Een tijdje terug had Marianne een discussie met haar vader. “Hij ziet studenten als dé boosdoeners in deze pandemie, maar ik zie iets heel anders bij mijn studenten. Ik denk dat het echt maar een hele kleine groep is die meedoet aan die illegale feesten”, zegt ze. “Het overgrote deel zit netjes thuis, ontzettend te balen.” 2021 wordt een ander jaar, daar is Marianne van overtuigd. “De voortekenen zijn goed, dus laten we met ons allen vertrouwen houden in een beter jaar.”

Tekst: Eva Metselaar Beeld: Geke Bosch